De afgelopen tijd is er veel geschreven en gezegd over het effect dat vlees eten op het milieu zou hebben. Er is zelf een Nationale Week zonder Vlees geweest. In deze berichten en cijfers, die vaak klakkeloos door de diverse media worden overgenomen, worden veel zaken vergeten en niet genoemd.
Hierdoor ontstaat er een heel verkeerd beeld. We laten u graag een andere zienswijze lezen, geschreven door een universitair hoofddocent Milieukunde.
Wetenschapper: vlees “moet”, maar niet iedere dag
Iedere wereldburger “moet” jaarlijks dertig kilo vlees per persoon eten. Dat schrijft dr. ir. Sanderine Nonhebel, universitair hoofddocent Milieukunde aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Vegetarische alternatieven hebben volgens haar bovendien een groter negatief effect op het milieu, dan vleesconsumptie. Ze plaatst daarmee de Nationale Week zonder Vlees in een ander perspectief. Volgens Nonhebel is vleesconsumptie nodig om de restproducten van de consumptie van plantaardige producten op een aanvaardbare manier weg te werken. Zij doelt daarbij op onder meer stro, bietenpulp en sojaschroot. “De productie van vlees is een goede manier om van dit afval af te komen.” Verder wijst zij erop dat slechts tien procent van de aardoppervlak geschikt is voor de productie van voedselgewassen. “De meeste andere gronden zijn te steil, te stenig, te droog, te drassig, etc. om er iets te kunnen zaaien. Door deze gronden te gebruiken als weidegebieden voor koeien en schapen doe je er toch nog iets nuttigs mee, namelijk melk en vlees maken.” Alternatieven voor vleesconsumptie hebben volgens dr. ir. Nonhebel “een veel hoger milieubeslag”.
Bron: Dagblad van het Noorden, Groningen
“Recycle koeien” van Het Koeienhuis
Wij vinden het fijn dat ook eens de andere kant van vlees consumptie belicht wordt. We vertellen al jaren tijdens onze rondleidingen in De Koeientuin dat onze koeien (Wagyu en zwart-bont) recycle koeien zijn. Zij eten veel restproducten uit de menselijke voedselproductie. Voorbeelden bij ons zijn pulp afkomstig van de suikerindustrie, sojaschroot, restproducten van o.a. vegetarische producten, tarwe (van alle geproduceerde tarwe in Nederland is maar 30% geschikt als baktarwe i.v.m. schimmeldruk) en bierborstel (restproduct van de productie van bier).
Daarnaast willen we in Nederland allemaal een groen weidelandschap. De boeren onderhouden met hun koeien deze grote stukken landschap zonder dat het de maatschappij geld kost. Sterker nog, zij zorgen voor een grote bijdrage op de exportbalans. Dit in tegenstelling tot het landschap dat door bijvoorbeeld Natuur monumenten en Staatsbosbeheer wordt beheert. Wat verwaarloost wordt onder de paraplu van “natuur”, met als gevolg verwildering en veel dierenleed. En als er wel wat gedaan wordt kost het heel veel geld. (betaald met belastinggeld).
We kunnen met z’n allen best wat minder vlees eten. Maar je hoeft je geen milieu crimineel te voelen als je een (h)eerlijk stukje vlees koopt. Als u vlees eet van koeien uit Nederland, draagt u bij aan het onderhoud van het eigen landschap.
Feiten over ontwikkelingen van 1980 tot 2016
1980 2016
- Inwoners in Nederland 14 miljoen 17 miljoen
- Auto’s in Nederland 4 miljoen 12 miljoen
- Vliegbewegingen Schiphol 185.000 480.000
- Melkkoeien 2,4 miljoen 1,7 miljoen
Daarnaast zorgen melkkoeien naast de uitstoot van CO2/methaan ook voor het vastleggen van CO2 in de grond, bij grasgroei en de teelt van maïs. Dat in tegenstelling tot de andere CO2 producenten die alleen maar uitstoten.